Een nieuw jaar brengt traditiegetrouw goede voornemens met zich mee – en vaak staan sportieve ambities hoog op de lijst. Sportscholen lopen vol, hardlopers trotseren de kou, en op het padelveld is het gezellig druk. Toch brengt deze sportieve piek een jaarlijks terugkerend fenomeen met zich mee: een golf van blessures. Enthousiaste beginners overschatten zichzelf, fanatieke sporters raken overbelast, en een groot deel van de sportieve goede voornemens eindigt in de wachtkamer van de dokter. Slimme technologiëen reiken gelukkig steeds meer oplossingen aan om blessures te voorkomen én prestaties te verbeteren.
De opkomst van slimme sportkleding en AI-platformen maakt het mogelijk om sporters op een datagedreven manier te begeleiden. Platformen zoals Brailsports (een spin-off van imec, UAntwerpen en UGent) zetten AI in om trainingsbelasting te analyseren, en conditieniveau en blessuregeschiedenis om conditie en vermoeidheid in te schatten en op basis daarvan gepersonaliseerde schema’s op te stellen. Skinetix (een spin-off van imec en VUB) ontwikkelt dan weer slimme sportbroeken met sensoren die spieractiviteit en bewegingspatronen monitoren. Die informatie helpt om vroegtijdig asymmetrische belasting of subtiele overbelasting te signaleren.
Het opent nieuwe mogelijkheden om blessures te voorkomen. Bewegingsdata kan waarschuwen voor een verkeerde houding, een asymmetrische loopbeweging of een trainingsbelasting die te snel wordt opgevoerd. Kleine aanpassingen, zoals het corrigeren van een loopstijl, kunnen dan grotere blessures voorkomen. Ook bij revalidatie bieden deze tools waarde: objectieve data helpen om te bepalen of een sporter klaar is om weer voluit te trainen, en voorkomen dat hersteltrajecten worden verlengd door overbelasting.
Tegelijkertijd stelt de technologie sporters in staat om hun prestaties te optimaliseren. Wearables en sensoren bieden een nieuw perspectief op hoe trainingen het lichaam beïnvloeden en hoe snel herstel plaatsvindt. Deze inzichten zijn waardevol voor beginners die hun conditie verantwoord willen opbouwen, ervaren sporters die hun techniek verfijnen, of teams die blessures binnen hun groep willen beperken. Voor artsen en trainers verandert daarmee de dynamiek: het is niet langer alleen reactief handelen bij blessures, maar proactief bijdragen aan blessurevrije vooruitgang.
Die technologieën dichten ook de kloof tussen de enthousiaste recreant met zijn smartwatch en sportapps, en de topsporter omringd door een multidisciplinair team. Apps en sporthorloges geven vandaag vaak al een idee van trainingsbelasting maar zijn nog te weinig gepersonaliseerd. Ze baseren zich op gemiddelde waarden uit de literatuur terwijl er best grote individuele verschillen bestaan. Bovendien geven ze geen informatie over de werkelijke belasting of fysiologische data zoals lactaatwaardes in het bloed. Dankzij de technologieën van onder andere Skinetix en Brailsports worden inzichten die eerst exclusief waren voor topsporters, steeds toegankelijker voor een breder publiek.
Toch vraagt deze vooruitgang om nuance. Data zonder context kan verwarrend zijn of zelfs leiden tot verkeerde keuzes. Een afwijkende spieractiviteit of verandering in bewegingspatroon kan een waarschuwing zijn, maar is niet altijd een teken van problemen. Momenteel is de expertise van sportartsen en experten essentieel om alle data te interpreteren en te vertalen naar bruikbare adviezen voor de sporter. De ambitie van spin-offs zoals Brailsports en Skinetix is echter om deze datastromen om te zetten in heldere, bruikbare inzichten rechtsreeks toegankelijk voor de sporter. Routineanalyses, zoals het herkennen van de eerste tekenen van overbelasting, kunnen zo grotendeels geautomatiseerd worden. Bij complexe of zorgwekkende afwijkingen blijft de opvolging door artsen en experten noodzakelijk. Samenwerking tussen technologie en menselijke expertise maakt sportbegeleiding niet alleen effectiever, maar ook veiliger en toegankelijker.
Technologie opent nieuwe deuren om sportgezondheid naar een hoger niveau te tillen. Waar sporters vroeger moesten vertrouwen op intuïtie en ervaring, maken slimme innovaties de weg vrij voor nauwkeurige begeleiding, gebaseerd op objectieve data. Zo voorkomen we dat goede voornemens stranden in blessureleed. Slim sporten dus, met een beetje hulp van technologie.
Dit artikel verscheen eerder als column in De Artsenkrant.

Peter Peumans behaalde een doctoraat als elektrisch ingenieur aan Princeton University, en een bachelor- en masterdiploma aan de Katholieke Universiteit Leuven. Voor hij bij imec in dienst trad, was Peter Peumans professor Electrical Engineering aan de Stanford University. Hij ontving een NSF CAREER award en een Belgian-American Educational Foundation honorary fellowship. Hij is momenteel verantwoordelijk voor imec's strategie in gezondheid.
Gepubliceerd op:
25 februari 2025