Veelgestelde vragen

Nog vragen over het imec.icon-programma? Hier vind je alle antwoorden netjes opgelijst.

Het imec.icon-programma

Is het imec.icon-programma geschikt voor mijn innovatief idee?

Zijn alle onderstaande stellingen van toepassing op jouw idee? Of twijfel je over sommige? Neem dan zeker contact op met het imec.icon-team.

  • Is er technologische innovatie nodig voor je nieuw product of nieuwe dienst?
  • Biedt samenwerking met andere bedrijven extra voordelen om die innovatie te realiseren?
  • Is er basis- of toegepast onderzoek nodig om je uitdagingen aan te pakken?
  • Is de tijd tot vermarkting tussen drie en vijf jaar?
  • Mogen de onderzoekers publiceren over de resultaten van het project?
  • Indien je onderzoek-en-ontwikkeling-(O&O)-subsidies wenst: zal het project een positieve impact hebben op tewerkstelling en investeringen in Vlaanderen (of in het Brussels gewest)?

Partners

Hoe vind ik geschikte partners voor mijn imec.icon-project?

Voor hulp bij je zoektocht naar partners kun je contact opnemen met het imec.icon-team, een van de imec-onderzoeksgroepen of andere bedrijven in je netwerk. Je kunt ook aankloppen bij specifieke organisaties zoals het VLAIO-frontoffice.

Kan een Vlaamse onderzoeksgroep die niet behoort tot imec meedoen met een imec.icon-project?

Ja, Vlaamse niet-imec-onderzoeksgroepen kunnen toetreden tot een imec.icon-consortium. Hun financiering krijgen ze bovendien op dezelfde manier: de mensmaanden van de onderzoekers worden vergoed. Er zijn wel een paar voorwaarden:

  • De niet-imec-onderzoeksgroep komt erbij op vraag van het consortium.
  • De onderzoeksgroep maakt deel uit van een Vlaamse universiteit.
  • Het consortium motiveert schriftelijk waarom de niet-imec-onderzoekgroep nodig is voor het project en beschrijft die bijdrage specifiek in het samenwerkingsakkoord.

Opgelet: dit betekent automatisch dat de niet-imec-onderzoeksgroep de afspraken rond de intellectuele eigendomsrechten accepteert.

Wat is de rol van strategische onderzoekscentra (SOC’s)?

SOC’s zoals het VIB, VITO en Flanders Make worden in imec.icon-onderzoeksprojecten beschouwd als externe onderzoekspartners. Ze kunnen daarbij geen aanspraak maken op imec-steun of VLAIO-subsidies. De onderzoeksgroepen van de SOC kunnen wel gefinancierd worden door de SOC zelf of door de industriepartners via onderaanneming.

Kunnen partners het project verlaten?

Partners kunnen zich terugtrekken uit een imec.icon-project, bijvoorbeeld als blijkt dat ze hun gevraagde VLAIO-subsidie niet krijgen.

Afhankelijk van de impact op het project vragen het financieringsagentschap en imec dan een nieuwe evaluatie van de innovatiedoelen, het werkplan, het budget en de mensmaandentabel. Pas na een formele goedkeuring van beide organisaties kan het project worden hervat.

Welke rol spelen imec.livinglabs en imec City of Things?

Imec en imec City of Things tellen mee als aparte partners aan de onderzoekszijde van het consortium. Je moet ze dus opnemen in de verschillende hoofdstukken van het volledige projectvoorstel – elk met hun eigen aantal mensmaanden en budgetlijnen.

De samenwerkingsovereenkomst vermeldt ze wel niet als partners: daar vallen ze onder de algemene imec-signatuur.

Buitenlandse imec.icon-partners

Kan een buitenlands bedrijf of buitenlandse organisatie deel uitmaken van een imec.icon-project?

Ja, buitenlandse partners kunnen toetreden tot het consortium. Dat heeft wel invloed op bepaalde aspecten van de subsidiëring.

Komt een buitenlands bedrijf in aanmerking voor VLAIO-subsidies?

Nee, een buitenlands bedrijf kan geen aanspraak maken op fondsen van VLAIO. Soms kan het wel subsidies krijgen via andere kanalen: programma’s in het thuisland, EU-programma’s zoals EUREKA en Horizon 2020, ... zolang die geen regels hanteren die in tegenspraak zijn met die van imec.icon.

Waarom zouden buitenlandse bedrijven toetreden tot een imec.icon-project?

Buitenlandse bedrijven kunnen geen aanspraak maken op VLAIO-subsidies. Maar de onderzoeksgroepen – ondersteund door imec – leveren sowieso voor hen nuttige resultaten op. En de samenwerking met de andere bedrijven biedt ook een meerwaarde. Bovendien kan de IPR-overeenkomst gunstig uitdraaien voor de buitenlandse partner.

Kan een buitenlands onderzoeksinstituut deel uitmaken van een imec.icon-project?

Ja, een imec.icon-consortium staat open voor een buitenlands onderzoeksinstituut als dat:

  • optreedt als onderaannemer voor een of meer formele projectpartners
  • of participeert als industriepartner, met een eigen valorisatierationale
  • of participeert met eigen financiering

Projectrollen

Kan de onderzoeksleider iemand zijn die niet behoort tot een imec-onderzoeksgroep?

Nee, de onderzoeksleider moet altijd deel uitmaken van een imec-onderzoeksgroep.

Mag ik meer dan één onderzoeksleider per project aanduiden?

Nee, om praktische redenen kan er per project maar één onderzoeksleider zijn.

Moet de projectleider deel uitmaken van de externe industriepartners?

Ja, de projectleider is altijd een vertegenwoordiger van de betrokken bedrijven. Maken sommige van die bedrijven aanspraak op VLAIO-subsidies? Dan levert een daarvan liefst ook de projectleider.

Financiën

Wat is de 50/50-regel en hoe pas ik die toe?

De 50/50-regel bepaalt de vereiste budgettaire verhouding tussen de onderzoekgroepen en de industriepartners: de gezamenlijke bijdrage van de industriepartners die steun krijgen van VLAIO, Innoviris of een ander financieringsagentschap moet hoger moet zijn dan die van de onderzoekspartners. De bijdrage van de industriepartners is de kost van de totale inzet van de partners, dus inclusief de subsidies. De bijdrage van de industriepartners die niet gesubsidieerd worden, wordt niet meegeteld in deze berekening. Hetzelfde geldt voor buitenlandse industriepartners die geen subsidies krijgen.

De 50/50-regel slaat op de volledige projectkost, het totale budget voor twee jaar. Aan deze regel moet voldaan worden over de volledige duur van het project.

Dat budget is uiteraard pas duidelijk als het volledige voorstel is ingediend. Tijdens de abstractfase die daaraan voorafgaat, hoeft het consortium alleen een aantal mensmaanden op te geven. Het is op dat moment aan de partners om zo goed mogelijk in te schatten of ze aan de 50/50-regel zullen voldoen.

Opgelet: een 50% bijdrage van industriepartners is het absolute minimum om goedgekeurd te worden als imec.icon-project. Met 55% tot 70% staat je project er beter voor, want dat kan wijzen op een steviger engagement van de industriepartners. Je hebt dan ook een buffer voor als een van de partners tijdens het project zijn bijdrage herziet of er uitstapt.

Inhoud

Kan ik een imec.icon-project indienen dat zich toespitst op maatschappelijke of culturele meerwaarde?

Een imec.icon-project móét een economische meerwaarde hebben als minstens een van de partners VLAIO-subsidie vraagt.

Maak in je volledige proposal ook altijd duidelijk wat de precieze sociale of culturele meerwaarde is van je project. Dat is nodig om de kosten/baten-verhouding in het projectbudget te evalueren.

Beheer

Hoe wordt het project beheerd?

Elk project heeft een Stuurgroep met een vertegenwoordiger van elke partner. De Stuurgroep neemt collegiaal alle beslissingen voor het goede verloop van het project, zoals

  • elke verandering op het vlak van de samenstelling van het consortium, het budget, de mensmaanden, het werkschema, ...
  • alle communicaties: publicaties, folders, projectpagina’s op een van de imec-websites, persberichten, ...

Veranderingen op het vlak van budget en innovatiedoelen moeten overigens ook goedgekeurd worden door imec en het betrokken subsidieagentschap.

Wat is de rol van een gebruikersgroep?

Het imec.icon-consortium kan beslissen om een gebruikerscomité op te zetten als dat het project vooruithelpt. Zo’n gebruikerscomité bestaat uit vertegenwoordigers van relevante economische en/of maatschappelijke doelgroepen.

Een gebruikerscomité geeft specifieke input, treedt op als sparringpartner, valideert bepaalde resultaten, levert data aan, stelt bepaalde eisen op, ...

De leden van het gebruikerscomité:

  • kunnen geen aanspraak maken op O&O-subsidies via het imec.icon-project
  • maken geen deel uit van de flow rond intellectuele eigendomsrechten

Onderaanneming

Waarmee moet ik rekening houden als ik taken uitbesteed aan een onderaannemer?

Als je taken uitbesteedt, moet je deze regels respecteren:

  • De taken voor de onderaannemer mogen geen onderzoeks- of ontwikkelingstaken zijn.
  • De onderaannemer heeft geen toegangsrechten tot intellectuele eigendomsrechten na het project
  • De kosten van de onderaanneming worden gedragen door de industriepartner die de uitbesteding doet.
  • De onderaannemer mag geen van de andere projectpartners zijn.

De onderaanneming moet aangevraagd bij en goedgekeurd worden door imec. Deze goedkeuring is niet nodig voor:

- routinetaken die geen deel uitmaken van de kernelementen van het project en die niet onder de directe verantwoordelijkheid van de partner vallen, zoals routinetesten, gedeeltelijke ontwikkeling van een prototype en gedeeltelijke programmatie.

- de implementatie van taken door Verbonden Entiteiten die bij de indiening zijn opgenomen in de proposal – inclusief de specifieke beschrijving van die taken

- (individuele) consultancyopdrachten zoals bepaald in de proposal

Publieke financiering

Waar vraag ik subsidies aan?

In Vlaanderen staat het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) in voor financiële steun voor O&O-projecten. Heb je vragen over een steunaanvraag bij VLAIO? Neem contact op met hun front office.

In Brussel is Innoviris bevoegd voor O&O steun aan Brusselse ondernemingen. Hier vind je meer informatie.

Kunnen Brusselse bedrijven aanspraak maken op VLAIO-subsidies?

Bedrijven die gevestigd zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest kunnen subsidies aanvragen via Innoviris. Al kunnen Brusselse bedrijven met een exploitatiezetel én valorisatie in Vlaanderen wel aanspraak maken op VLAIO-subsidies.

Intellectuele eigendomsrechten

Wat zijn background en foreground?

De background is de kennis die je al hebt vóór de start van het project. Die is soms al beschermd door intellectuele eigendomsrechten zoals auteursrecht, merkenrecht of octrooirecht.

De foreground omvat alle kennis en resultaten die je ontwikkelt tijdens de uitvoering van het project.

Wat is het verschil tussen eigendomsrechten, toegangsrechten, gebruik en exploitatie?

Eigendom is het recht om iets te gebruiken in de brede zin. Ben je de eigenaar? Dan mag je je bezit gebruiken, misbruiken of zelfs vernietigen. En jij plukt er de vruchten van.

Heb je toegangsrechten? Dan mag je de opbrengst van een eigendom op een vooraf bepaalde manier gebruiken.

De betekenis van gebruik wordt vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst. Afhankelijk van die definitie heb je meer of minder rechten. Bijvoorbeeld: op een bepaald domein, binnen een geografische ruimte, voor onderzoek, voor niet-commercieel gebruik, ...

Commercieel gebruik wordt doorgaans exploitatie genoemd.

Welke eigendomsrechten heb ik als partner in een imec.icon-project?

Elke partner blijft eigenaar van de eigen background en wordt eigenaar van de eigen foreground. Ontwikkelen twee of meer partners samen de foreground, en is die niet eenduidig toe te wijzen aan een van de partners? Dan is de foreground co-eigendom van de betrokken partners.

Welke exploitatierechten heb ik als partner na een imec.icon-project?

Elke partner heeft de volle exploitatierechten op de eigen background en foreground (ook die in co-eigendom). Daarnaast hebben partners ook toegangsrechten op de background en foreground van de andere partners. De voorwaarden voor deze toegangsrechten zijn:

  • dat de 50/50-regel voldaan is op het einde van het project
  • dat de partner de toegang tot de background of foreground van de andere partner nodig heeft voor de exploitatie van zijn eigen foreground.

De licentiekost voor de verwerving van toegangsrechten is als volgt:

  • toegangsrechten op background: marktconforme vergoeding
  • toegangsrechten op foreground ontwikkeld in een ander werkpakket: tegen gunstige voorwaarden
  • toegangsrechten op foreground ontwikkeld in hetzelfde werkpakket: gratis, op voorwaarde van intense samenwerking met de andere partner

Het is niet mogelijk voor imec.icon-partners om exclusieve licenties af te sluiten op elkaars foreground.

Opensource

Is het toegestaan om opensourceoplossingen te gebruiken?

Ja, in principe mag je opensourceoplossingen gebruiken bij imec.icon-projecten. Dat kan het onderzoek versnellen. Maar het kan natuurlijk ook invloed hebben op de exploitatiemogelijkheden van back- of foreground van de partners. Soms bevatten opensourcelicenties ook bepalingen die botsen met de imec.icon-samenwerkingsovereenkomst, bijvoorbeeld als het gaat om intellectuele eigendomsrechten. 

Daarom moet de Stuurgroep het gebruik van specifieke opensource goedkeuren